5 minuten #80 – het bestelde eten
Ik kreeg een bericht van een vriend. Of ik eten bij hem wilde bestellen. Hij heeft sinds kort een eigen bedrijf, een startup heet dat met een lelijk woord, waarmee hij de schakel wil zijn tussen thuiskoks en thuiseters. Een bezorgdienst dus eigenlijk.
Hij had een nieuwe bezorger in dienst die moest worden getest en daarom moest ik iets bestellen. Ik had hem dat al vaak beloofd en het nooit gedaan. Ik bestel geen eten. Dat is geen principekwestie. Het zit gewoon niet in mijn systeem.
Ik ervaar koken niet als iets vervelends. Niet dat ik ervan houd, die mensen heb je ook, maar ik doe het automatisch, zonder erbij na te denken. Een beetje zoals je naar de wc gaat. Daar kun je je ook niet uren op verheugen. Je denkt er niet aan tot je moet en dan ga je. Dat gaat vrij gedachteloos. Bij mij tenminste wel, ik zou niet weten waar en wanneer ik mij deze week allemaal ontlast heb. Ja, op wc’s natuurlijk, hoewel ik zelfs dat, nu ik het zo opschrijf, ook niet helemaal zeker weet.
Zo gaat het met eten koken ook. Een onzichtbare kracht stuwt me naar de supermarkt. Je loopt wat rond, flikkert spullen in je mandje, rekent af, loopt naar huis, gooit alles wat je gekocht heb in een pan, wacht tot je geen zin meer hebt om te wachten en eet het op. Daarna ga je door met je leven alsof er niets gebeurd is.
TOELICHTING
De jongen zou om kwart voor zeven komen. Tot mijn verbazing was ik een beetje zenuwachtig. Het waren vermoedelijk geen echte zenuwen, eerder gezonde spanning. Het gevoel dat er ieder moment iets kon gebeuren, zoals vroeger als Sinterklaas zou komen.
Een zekere mate van alertheid zat er ook in. Ik had gezegd dat de bel het niet deed en dat de jongen met de brievenbus moest klepperen. Dat is niet waar, de bel doet het best, maar hij is in het hele huis te horen, ook bij mijn hospita. Dan komt ze een praatje maken. Ik vind het leuk om praatjes met haar te maken, maar niet als ik net mijn eten heb gekregen. Dan wordt het koud.
Uiteindelijk kwam de nieuwe bezorger niet. Er was iets misgegaan, mijn vriend kwam zelfs. De euro fooi die ik voor de jongen apart had gelegd duwde ik mijn vriend in de hand. Hij leek er erg content mee.
Wil je een boek vol met zulks? Kan. Er is ook een nieuwsbrief.