Artis – een ontsnapping
Een vriendin had vrijkaartjes voor Artis en ik mocht mee. Ik was, tot mijn verbazing, nogal gecharmeerd van de giraffen. Ik stelde me voor hoe het voor Portugese ontdekkingsreizigers geweest moet zijn. Je vaart met je bootje langs de kust, je verwacht ieder moment van de wereld af te vallen of opgeslokt te worden door een of ander mythisch monster, maar alles gaat goed en je gaat aan land en dan lopen er een soort paarden met bizar lange nekken en superschattige hoofden en vachten als Duitse vakwerkbouw (al was je misschien nog nooit in Duitsland geweest). Dan denk je toch dat je in sprookjesland bent?
Gevoelsmatig was het een beetje ongemakkelijk, die dierentuin. Al die beesten in die kleine hokken. Vooral voor de vogels leek het me vervelend. De leeuwen leken het prima naar hun zin te hebben. Die slapen het liefst de hele dag en komen alleen in actie als het echt moet. Voor hen is het misschien ideaal om op gezette tijden gevoed te worden. Mijn vriendin zei dat dierentuinen goed zijn, omdat bezoekers meer respect krijgen voor hun omgeving en misschien twee keer nadenken voordat ze een koe opeten. Er liepen veel Spaanse jongeren rond. De meesten waren stoned.
Op het gras zat een alpenmarmot te chillen, zoals dat heet. Het leek ons niet de bedoeling. Dat wist dat beest natuurlijk ook wel. Hij kon alle kanten op, maar hij vluchtte terug naar waar hij vandaan kwam, terug naar de andere alpenmarmotten. Ze hadden net verse takken gekregen. Lekker knagen.
We bleven lang plakken in het aquariumhuis, waar verder niemand was. Er gebeuren vreemde dingen onder water. Toen we weer buiten kwamen waren bijna alle bezoekers weg. We liepen nog een rondje. Het was een stuk aangenamer zonder kinderen die schreeuwen dat ze een olifant zien. De dieren leken zich ook beter te vermaken. Ineens snapte ik de aantrekkingskracht van de eerste klas in de trein. Daar ben ik nog steeds op tegen, maar iets minder.