Dierenverhalen #1 – Er is een rat in de keuken

Op vakantie op Tenerife (ach ja) werden we verrast door een rat. Dat wil zeggen, toen we wakker werden waren de bananen op het aanrecht aangevreten en mijn vriendin ontkende dat zij het gedaan had. Ik geloofde haar; er lag poep naast de aangevreten bananen en meisjes poepen niet. Behalve dan de koningin, heb ik eens ergens gelezen. Dat ging over koningen Beatrix, niet over Máxima, die poept denk ik ook niet.

’s Avonds zagen we de rat. Hij trippelde over de keukenvloer, heel kalm. Ik schrok niet, ik dacht alleen maar: het was dus een rat, daar loopt het bewijs, het was niet mijn vriendin en ook niet koningin Beatrix.

De rat verdween onder het aanrecht. Je zag hem niet maar je hoorde hem wel. Het lukte me niet te ontspannen. Ik vond het vervelend en een beetje eng.

In de film Funny Games (spoiler alert) van Michael Haneke wordt een gezin door twee engelachtige jongens opgesloten in hun vakantiehuis, om daar de gruwelijkste 24 uur van hun leven door te maken. Het is midden in de nacht als het tweetal ervandoor gaat. Zoonlief is dan al herenigd met hondlief, bloed en hersenen druipen over het televisiescherm zodat je geen helder beeld krijgt van de ontwikkelingen in de daarop uitgezonden autorace.

Vader zit vastgebonden op de bank en is dermate gewond dat hij niet meer kan lopen. Moeder weet te ontkomen. Haar zoektocht naar hulp in het uitgestrekte vakantiepark wordt afgewisseld met beelden van vader, die vergaat van pijn, verdriet en de angst. Het is wat mij betreft het gruwelijkste deel van de film. Ik kon niet stil blijven zitten, het zweet stond in mijn handen, mijn hartje ging tekeer.

Toen de jongens eindelijk terugkeerden om hun karwei af te maken, daalde er een rust over mij neder. Ik had er geen enkele moeite mee om te zien hoe het gezin werd afgeslacht. Je ziet wat het is en meer is het niet, er is geen ruimte voor verbeelding. Dat stelde gerust.

De rat liet zich niet meer zien. We gingen naar bed, in een andere kamer, met de deur dicht. De rat wist niet of we terug zouden komen. Voor hem moet het een vreselijke nacht geweest zijn.